Instructies
Voordat u de elektronische timer gebruikt, moet u:
1. Plaats 2 AAA-batterijen, let op het +/- symbool.
2. Sluit de elektronische timer en kraan aan
3. Stel de irrigatieparameters in
a) Stel de parameters in die nodig zijn voor automatische irrigatie, wanneer FREQUENCY het irrigatie-interval instelt
RUNTIME stelt de looptijd van de irrigatie in en de starttijd van de irrigatie is de huidige instelling
Werk opnieuw met een vast interval.
Let op: De intervaltijd moet groter zijn dan de looptijd van de irrigatie, anders is deze ongeldig.
b) Onder normale omstandigheden knippert het indicatielampje elke 4 seconden, wat aangeeft dat het werk normaal is.
Als het lampje regelmatig knippert, geeft dit aan dat de batterij bijna leeg is en dat de batterij op tijd moet worden vervangen. Lage druk
Volgens de instructie staat de irrigatiecontroller in de uit-stand en kan de irrigatie niet worden gepland.